Inhuur van VOF (vennoten) te beschouwen als zzp’ers of werknemers?

In de praktijk denken veel ondernemers dat als ze zaken doen met een VOF dat er geen sprake kan zijn van schijnzelfstandigheid. Is dat wel zo? In deze recente uitspraak van de kantonrechter blijkt hoe hier tegenaan gekeken moet worden met toepassing van de Deliveroo criteria die wegens gebrek aan nieuwe wetgeving, nu de boventoon voeren.

🔎 De casus: langdurige samenwerking met een ‘zzp-vof’

Een ondernemer exploiteerde vijf tankstations. Voor één daarvan maakte hij al sinds 2021 gebruik van een vof (een samenwerkingsverband tussen broer en zus) voor diverse werkzaamheden zoals winkelbeheer, catering, schoonmaak en voorraadbeheer. De samenwerking was vastgelegd in een schriftelijke overeenkomst van opdracht, waarin uitdrukkelijk stond dat géén arbeidsovereenkomst werd beoogd.

Beide vennoten werkten grotendeels zelf op locatie. Eén van hen kwam in conflict met de ondernemer nadat een derde kracht werd weggestuurd. Kort daarna beëindigde de ondernemer de samenwerking. De vennoot stelde zich toen op het standpunt dat hij (toch) als werknemer moest worden beschouwd en dus niet zomaar ontslagen kon worden.

Hij vroeg de rechter o.a. om:

  • een verklaring dat sprake was van een arbeidsovereenkomst;
  • herstel van die overeenkomst;
  • loondoorbetaling;
  • diverse schadevergoedingen.

⚖️ Hoe oordeelde de rechter? – Geen contract = geen arbeidsovereenkomst

De rechter keek – zoals gebruikelijk – naar de vraag of sprake was van een arbeidsovereenkomst. Daarbij spelen criteria als gezag, loon en persoonlijke arbeid een rol (zoals bevestigd in het Deliveroo-arrest). Maar in deze zaak kwam de rechter nog niet eens toe aan die inhoudelijke toetsing.

Waarom niet?

➡️ Omdat er geen directe contractuele relatie bestond tussen de station manager en de exploitant van het tankstation.

De werkzaamheden werden verricht namens een vof, en die vof was contractpartij op de overeenkomst van opdracht. De manager trad dus op in naam van die vennootschap. De rechter benadrukte dat een natuurlijke persoon alleen een arbeidsovereenkomst kan claimen als er sprake is van een contractuele verhouding tussen die natuurlijke persoon persoonlijk en de opdrachtgever. Daar ontbrak het hier aan.

Zelfs als je als zzp’er volledig bent ingebed in een team, instructies krijgt en geen ondernemersrisico lijkt te lopen – als er geen directe overeenkomst is met de opdrachtgever, kan er simpelweg geen arbeidsovereenkomst ontstaan.

Sterker nog: de rechter gaf aan dat dit criterium vóór alle andere toetsingscriteria komt. Pas als die contractuele band bestaat, wordt er gekeken naar inhoud en uitvoering.

Belangrijke toevoeging aan de eerdere lessen

Naast alle inhoudelijke criteria zoals gezagsverhouding, inbedding en ondernemersrisico, blijkt uit deze uitspraak nog iets fundamentelers:

🛑 Zonder directe contractuele relatie geen arbeidsovereenkomst – ook niet als je vennoot bent in je ‘eigen’ vof.

Dit betekent dat ondernemers die via een vof werken, of personeel inhuren via een derde entiteit, een extra laag bescherming hebben tegen onverwachte civielrechtelijke claims van loondienstverband.

🎯 Advies aan ondernemers: let op met wie je contracteert

Deze uitspraak onderstreept hoe belangrijk het is om scherp te hebben met wie je formeel een contract sluit. Werk je met zelfstandigen of tussenpersonen zoals een vof, bv of detacheerder?

Leg dan duidelijk vast wie contractspartij is en wie de werkzaamheden uitvoert.
Zorg voor een heldere rolverdeling, zodat er geen onbedoelde verwachtingen ontstaan over een dienstverband.
Voorkom schijnzelfstandigheid, maar wees ook alert op schijn-loondienst: zelfs als iemand meedraait als ‘gewone medewerker’, betekent dat niet automatisch dat jij werkgever bent – mits de contract structuur klopt.

📌 Contractuele structuur gaat vóór praktische uitvoering – en dat kan ondernemers beschermen tegen onverwachte claims.

⚠️ Blijf alert

De lijn tussen zelfstandigheid en dienstverband is nog steeds dun en vaag. Het blijft lagere rechtspraak en goede heldere nieuwe wetgeving ontbreekt nog steeds. Het kan dus zijn dat een hogere rechter nog anders gaat oordelen.

Dus…

Wees daarom pro-actief in het kwalificeren van relaties met ZZP-ers op schijnzelfstandigheid om gedoe te voorkomen als de relatie stuk loopt. Dat doe je door een kwalificatie advies vooraf te vragen aan een expert. Niet iedere ZZP-er is een schijnzelfstandige, niet iedere claim van schijnzelfstandigheid klopt dus. Dat wil je in de kiem smoren en geen dure procedures voor moeten voeren. Laat het er niet op aankomen.

Heeft u vragen over het werken met zzp’ers of wilt u uw overeenkomsten laten beoordelen? Neem gerust contact met ons op via info@thelegalcompany.nl of bel naar 020 345 0152.

 

Ontbijtsessie: Hoe behoudt u zonder risico’s de zzp-er als arbeidskracht? – 5 juni 2025

Tijdens deze ontbijtsessie nemen mr. Hella Vercammen (ondernemingsjurist) én mr. Yin Schreurs (belastingadviseur en voormalig belastinginspecteur en bedrijfsfiscalist) u mee in de wereld van de actuele zzp-regelgeving en hoe u uw zzp-bestand kunt behouden of kunt omzetten naar een dienstverband.

Tijdens deze ontbijtsessie leert u hoe u kunt beoordelen of er sprake is van een echte zzp-er of een schijnzelfstandige. Immers, met een echte zzp-er kunt u gewoon blijven werken. En minstens zo belangrijk, als er sprake is van een schijnzelfstandige – hoe kunt u dit tijdig en zorgvuldig oplossen, zonder de arbeidskracht te verliezen. Dit jaar heeft de Belastingdienst ondernemend Nederland de tijd gegeven om aan de slag te gaan met de zzp-problematiek. Dat betekent wel dat u in actie moet komen. Maar welke acties moet u precies nemen? Wat zijn de fiscale en juridische gevolgen voor u als opdrachtgever? En hoe zorgt u ervoor dat een schijnzelfstandige bereid is om over te stappen naar een dienstverband? Voor meer informatie en aanmelden: klik hier! 

mr. Hella Vercammen

Categories