Voor bestuurders binnen een concernstructuur, biedt een recente uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant (ECLI:NL:RBZWB:2025:5501) een duidelijke waarschuwing: het steeds maar voortzetten van een verlieslatende onderneming zonder tijdig ingrijpen kan leiden tot persoonlijke aansprakelijkheid voor het boedeltekort wegens kennelijk onbehoorlijk bestuur. Hoofdregel is dat zodra je een negatief eigen vermogen hebt en je ook steeds rode cijfers draait, dat je moet stoppen met de onderneming. In deze zaak leed een onderneming jarenlang verlies en fungeerde zij feitelijk als ‘stroppenvennootschap’ binnen het concern.
Casus
In 2016 werd binnen een concern een nieuwe BV opgericht die de activiteiten voortzette van een dochtervennootschap die kort daarvoor failliet was gegaan. De BV produceerde afsluiters voor de olie- en gasindustrie, maar leverde vrijwel uitsluitend aan één zustermaatschappij. Ook had de BV had geen eigen financiering en draaide volledig op groepsbevoorschotting. Door interne prijsafspraken was de onderneming vanaf het begin verlieslatend en nam het eigen vermogen structureel af. Toen het bestuur in 2022 besloot de groepsfinanciering stop te zetten, volgde een jaar later het faillissement.
Standpunten van partijen
De curator verweet het bestuur dat zij willens en wetens een risicovolle structuur in stand hield, waarin deze BV alle risico’s en verliezen van de concern moest dragen. Crediteuren werden structureel benadeeld en in de aanloop naar het faillissement waren volgens de curator paulianeuze transacties verricht: de laatste activa waren verkocht aan een zustermaatschappij zonder daadwerkelijke betaling, enkel via verrekening in rekening-courant. De curator stelde daarom dat het bestuur aansprakelijk was voor het tekort wegens kennelijk onbehoorlijk bestuur (artikel 2:248 BW).
Het bestuur voerde aan dat de verliezen het gevolg waren van onvoorziene externe omstandigheden (coronapandemie, energiecrisis, Suez-crisis) en dat de structuur al vóór hun aantreden was opgezet en dus buiten de driejaarsperiode van artikel 2:248 lid 6 BW, waarin bestuurders normaal alleen aansprakelijk zijn voor kennelijk onbehoorlijk bestuur in de drie jaar vóór het faillissement. Daarnaast beriep het bestuur zich op verleende décharge en stelde dat de interne verrekeningen niet benadelend waren voor de crediteuren, omdat het vermogen van de BV per saldo gelijk bleef. Volgens het bestuur was er alles aan gedaan om de onderneming te laten slagen.
Oordeel rechtbank
De rechtbank wees de verweren af en oordeelde dat het bestuur de verlieslatende structuur bewust heeft voortgezet en daarmee voorzienbare risico’s voor crediteuren aanvaardde:
- De voortzetting viel binnen de driejaarsperiode van artikel 2:248 BW.
- Décharge ontslaat niet van aansprakelijkheid.
- De transacties met de zustermaatschappij werden terecht als paulianeus aangemerkt.
Het bestuur het vennootschappelijke belang opgeofferd aan de groepsbelangen. Niet externe marktfactoren, maar het eigen handelen van het bestuur was de belangrijkste oorzaak van het faillissement. Het bestuur werd hoofdelijk veroordeeld tot betaling van het tekort, met een voorschot van € 2.000.000.
Vergelijking met het Comsys-arrest
De rechtbank sluit hiermee aan bij de lijn van het Comsys-arrest (ECLI:NL:HR:2009:BH4033), waarin een moeder aansprakelijk werd gehouden voor de schulden van haar dochter. In Comsys leed de dochter continu verlies, was afhankelijk van groepsfinanciering en werden crediteuren alleen beschermd door voortdurende kapitaalinjecties, terwijl de moeder geen maatregelen nam om hun belangen te waarborgen.
Waar Comsys aansprakelijkheid baseerde op onrechtmatige daad, gaat de huidige uitspraak verder door faillissementsaansprakelijkheid (artikel 2:248 BW) toe te passen. Ook een eerder opgezette structuur kan onder kennelijk onbehoorlijk bestuur vallen als het huidige bestuur deze bewust voortzet en de risico’s voor crediteuren aanvaardt.
Belangrijke lessen voor bestuurders
- Grijp tijdig in bij structurele verliezen en dalend of negatief eigen vermogen.
- Bescherm de belangen van crediteuren en neem hiervoor de nodige maatregelen.
- Hou niet een verlieslatende concernvennootschap in de lucht zonder actie tegen de verliezen.
- Wees je bewust dat passiviteit kan leiden tot persoonlijke aansprakelijkheid.
Wie passief blijft als ondernemer terwijl verliezen en schulden zich opstapelen, loopt uiteindelijk het risico zelf de rekening te moeten betalen!
Heeft u vragen over bestuurdersaansprakelijkheid? Wij kunnen u daarover adviseren. Neem gerust contact met ons op via info@thelegalcompany.nl of bel naar 020 345 0152.
