Gewijzigde werktijden bij contractwisseling: toch een geldig aanbod?

De Rechtbank Rotterdam heeft onlangs een interessante uitspraak gedaan of er sprake is van een geldig aanbod in de zin van artikel 38 cao Schoonmaak (contractwisseling) indien de werktijden en/of uren daarin zijn veranderd. Moet het overnemende schoonmaakbedrijf altijd precies dezelfde werktijden aanbieden aan de werknemers op het over te nemen object? Ook wanneer dat feitelijk niet mogelijk is? De RAS geschillencommissie is hier altijd zeer streng in geweest. Het aanbod aan de werknemer moet exact aansluiten op de werksituatie vóór het aanbod. Praktijk is dat men direct na de overname de wijzigingen in werktijden gaat doorvoeren, terwijl de werknemers juist op de oude voorwaarden zijn ingegaan en het aanbod daarom hebben geaccepteerd.

 

Geldig aanbod conform artikel 38 cao

Conform artikel 38 cao moet strikt genomen de over te nemen werknemer bij de contractwisseling een aanbod krijgen van het winnende schoonmaakbedrijf “zonder enige wijziging in werktijden en uren” op het object. Anders is er sprake van een ongeldig aanbod. Wanneer een ongeldig aanbod wordt gedaan, moet het winnende bedrijf alsnog een nieuw aanbod aan de werknemer doen dat inhoudelijk wél correct is. Er staat heel wat op het spel. Het winnende schoonmaakbedrijf wordt immers schadeplichtig hierdoor. Zij moet het loon vergoeden dat het verliezende schoonmaakbedrijf moet (door)betalen totdat de betreffende werknemer is overgegaan op basis van een geldig aanbod.

 

Feiten in deze zaak

In de bovengenoemde zaak waren twee schoonmaakwerknemers van bedrijf X werkzaam op een bepaald object in de avonduren. Vervolgens vond er een nieuwe aanbesteding plaats. Hago schreef zich in en bood de schoonmaakwerkzaamheden overdag aan in plaats van in de avond. De opdrachtgever ging akkoord met dit voorstel. De twee werknemers kregen een aanbod om op het object te blijven werken, maar dan wel overdag, in overeenstemming met de opdracht van Hago. Daarnaast bood Hago aan om op een ander object te gaan werken als zij toch liever ’s avonds wilden blijven werken.

 

De twee werknemers beklaagden zich vervolgens bij de rechter. Zij vonden dat Hago artikel 38 cao had geschonden aangezien zij een aanbod hadden moeten krijgen van Hago “zonder enige wijziging in werktijden en uren” op het huidige object, dus voor schoonmaak in de avonduren. De werknemers hadden het aanbod daarom niet geaccepteerd en vorderden bij de rechtbank wegens het niet nakomen van een cao verplichting, de schade ter hoogte van één jaarsalaris plus vakantiegeld wegens misgelopen inkomsten.

 

Oordeel rechter

De rechter oordeelde dat Hago toch een rechtsgeldig aanbod bij contractwisseling had gedaan aan de twee werknemers, ook al waren de werktijden gewijzigd. De rechter hechtte namelijk waarde aan de contractuele vrijheid tussen Hago en de opdrachtgever om de opdracht te wijzigen. Uit de offerte bleek immers dat Hago alleen werkzaamheden overdag had aangeboden zodat er feitelijk ‘s avonds geen werkzaamheden meer plaatsvonden. De opdrachtgever had dit geaccepteerd. Hago kón dus geen werkzaamheden meer in de avond aanbieden aan de werknemers. Het aanbod aan de werknemers zou daarmee ook een lege huls worden als het toch op de avondtijden zou worden aangeboden om het direct daarna te wijzigen. Daarnaast vond de rechter de cao verplichting van werknemers om zich flexibel op te stellen bij verandering van werktijden belangrijk. Tot slot was ook van belang dat Hago een alternatief had aangeboden in de avonduren op een ander object.

 

Kortom, het (aangepaste) aanbod was wél geldig en de werknemers hadden zich flexibeler en welwillender moeten opstellen. Dit op grond van artikel 8 cao.

 

Flexibiliteit van werknemer: artikel 8 cao

In artikel 38 cao staat immers een duidelijke verwijzing naar artikel 8 cao dat inhoudt dat de werknemer binnen redelijke grenzen een verandering van werktijden, werkzaamheden of object moet accepteren. Van de werknemer mag dus bij een overname ook enige flexibiliteit gevraagd worden.

 

Conclusie

Uit deze zaak blijkt dat de rechter veel waarde hecht aan het doen van een aanbod dat in overeenstemming is met de realiteit en daadwerkelijk kan worden nagekomen. Hiermee voorkomt men mijns inziens ook dat werknemer onder valse voorwendselen worden overgenomen.

 

Het hoofddoel van de overnameverplichting bij contractwisseling is immers het behoud van werkgelegenheid en niet het eeuwig ongewijzigd in stand houden van het werk op een bepaald object.

 

Werkgevers doen er wel verstandig aan om de over te nemen werknemers een aanbod te doen dat zoveel als mogelijk aansluit bij de huidige situatie. Mocht een gewijzigd aanbod noodzakelijk zijn dan moet daar wel een externe en objectieve reden voor zijn. Bijvoorbeeld wijziging van de opdracht door de opdrachtgever of andere externe omstandigheden dat buiten de zeggenschap of macht ligt van de werkgever. Daarnaast is het, indien mogelijk, raadzaam om een alternatieve aanbieding te doen waarbij de bestaande werktijden of aantal uren wel gehandhaafd kunnen worden. 

 

Indien u vragen heeft over het voorgaande of juridische ondersteuning nodig heeft bij contractwisseling of op het arbeidsrechtelijke vlak, neem dan contact op met ons.